Een neuscorrectie wordt onder algehele narcose uitgevoerd. De neus wordt meestal via een snede in de neus gecorrigeerd en voorkomt dat er uitwendige littekens zichtbaar zijn. Bij sommige correcties, zoals het verkleinen van de neusvleugels zal het noodzakelijk zijn om ook een kleine snede aan de zijkant van de neus in de plooi te maken. Aan het einde van de operatie wordt er een kunststof kapje of gipsverband op de neus gemaakt en komen er gaastampons in de neus. Zo wordt de neus in de nieuwe stand gehouden en wordt zwelling tegengegaan.

Een dag na de operatie zal de plastisch chirurg de neustampons verwijderen. Gedurende een week draagt u dan nog het kunststof kapje of gipsverband. Tijdens de poliklinische controle zal deze worden verwijderd. Het gebied onder de ogen kan blauw worden. U mag de neus niet snuiten en u mag niet bukken in de eerste week na de operatie. Na ongeveer twee weken zijn de blauwe plekken en de zwelling verdwenen en na ongeveer zes weken is de neus hersteld en is het eindresultaat te beoordelen.